Montage, Wandhouder monteren, Slanghaspel bevestigen – Florabest Z31861 Benutzerhandbuch
Seite 13: Slanghaspel gebruiken, Gebruik van het sproeimondstuk

13
NL
Montage
Opmerking: Monteer de slanghaspel niet boven
de waterkraan. Zo voorkomt u het terugstromen
van water.
Of: installeer een terugstroomklep of een afsluitkraan
tussen de waterkraan en de slang.
Q
Wandhouder monteren
Belangrijk! De houder moet verticaal worden
gemonteerd (zie afb. A).
j
Gebruik de bijgeleverde vier schroeven en
pluggen. Deze zijn alleen geschikt voor de
montage op bakstenen, betonnen of houten
muren. Voor een montage op andere materialen
dient u daarvoor geschikte schroeven en pluggen
te gebruiken. Informeer in de vakhandel naar
de voor de desbetreffende wand geschikte
pluggen en schroeven.
Q
Slanghaspel bevestigen
Sluit de slanghaspel
2
aan op de wandhou-
der
1
en fixeer deze bevestiging met de mee-
geleverde zekeringsstift
11
(zie afb. B).
j
Bevestig de adapter
5
aan het vrije uiteinde
van de toevoerslang
4
en schroef het vervolgens
op de waterkraanaansluiting
6
(zie afb. D).
j
Steek de adapter met de waterstopfunctie
10
en de sproeikop
9
op de lange tuinslang.
j
Controleer of de slanghaspel
2
180° kan
worden gedraaid (zie afb. D).
j
Draai de waterkraan vóór het eerste gebruik
open en laat water door de tuinslang lopen.
j
Controleer het apparaat op lekkages en draai
eventueel losse verbindingsstukken vast.
Q
Slanghaspel gebruiken
j
Houd de slanghaspel bij het afrollen van de
slang vast en trek de slang uit de slanghaspel
2
.
j
De slanghaspel
2
beschikt over een automati-
sche stopfunctie, zodat de slang in de gewenste
afgerolde lengte gehouden wordt. Bij het afrol-
len van de slang hoort u na iedere meter een
klikgeluid van de stopfunctie. Bij het bereiken
van de gewenste lengte trekt u de slang nog
voorzichtig een stukje verder tot het volgende
klikgeluid. De slang wordt op de gewenste lengte
gefixeerd en kan op de grond gelegd worden
zonder dat hij weer in de behuizing terugschiet.
j
Wanneer u meer slang nodig hebt, houdt u het
slanguiteinde vast en gaat u te werk als eerder
beschreven.
j
De automatische stopfunctie wordt uitgescha-
keld wanneer u de slang kort over het laatste
klikgeluid uittrekt en de slang vervolgens voor-
zichtig met de hand in de slanghaspel
2
te-
rugvoert.
j
Door de sproeikop
9
te draaien kunt u de
waterstraal regelen.
Opmerking:
j
Wanneer de slang bij geopende waterkraan
niet correct teruggevoerd kan worden, vermin-
dert u de druk. Laat het water door de slang
weglopen of sluit de watertoevoer.
j
Wanneer de slang niet vanzelf terugdraait op
de haspel, houdt u de slang iets boven heu-
phoogte en voert de slang handmatig terug.
Q
Gebruik van het
sproeimondstuk
j
Steek het sproeimondstuk
9
in de adapter
met de waterstopfunctie
10
.
j
Door het voorste spuitmondstuk te draaien,
kunt u de hoeveelheid water regelen. Het
sproeimondstuk kan worden gebruikt om de
waterstraal te onderbreken. De adapter met de
waterstopfunctie onderbreekt de waterstraal
wanneer het sproeimondstuk van de openge-
draaide waterkraan wordt verwijderd. Gebruik
deze beide functies uitsluitend voor een kort-
stondig onderbreken van de waterstraal. Houd
in dergelijke situaties altijd toezicht op de
slang.