Fe c d – Florabest FHE 550 A1 Benutzerhandbuch
Seite 55

55
NL
1
2
3. Schroef de ronde handgreep 14 en
de achteraanslag 7 met elkaar vast.
4. Door de beide schroeven lichtjes los
te draaien, kunt u op ieder moment
de hoogte of de steunhoek van de
ronde handgreep 14 door te verschu
iven c.q. te draaien aanpassen en de
schroeven terug vast aandraaien.
Schouderriem bevestigen
Bevestig de karabijnhaak van de
schouderriem 12 aan het draagoog 13
aan de telescopische steel van het ap-
paraat.
Zwaard monteren
1. Draai de zwaardbevestigingsschroef
4 en neem de kettingwielafdekking 6
af.
2.
Leg het zwaard 2 met de centrale
lengtefrezing over de centrale
zwaardgeleiding 16.
Zaagketting monteren
1.
Spreid de zaagketting 1 zodanig
tentoon, dat de afgeschuinde
snijd kanten van de
kettingschakels in de richting van
de wijzers van een klok uitgelijnd
zijn. Maak een vergelijking met
de ge detailleerde afbeelding.
2.
Zet de zaagketting 1 in de gleuf
van het zwaard 2 en op het
kettingwiel 18.
3.
Breng de kettingwielafdekking 6
terug aan en schroef de
zwaardbe vestiging 4 vast.
De zwaardbevestigingsschroef 4
dient louter met lichte
handmatige kracht aangedraaid
te worden.
De boring 20 in het zwaard is de opname
van de kettingspanstift 21.
De schroefdraad 19 is de opname voor de
zwaardbevestigingsschroef 4.
Let op de positionering van de
kettingspanstift 21 in de boring
20 in het zwaard. De stift moet
volledig in de boring induiken.
Om de montage te vergemakkelijken,
positioneert u de kettingspanstift (21)
door te draaien aan de kettingspanner
(5), voordat de kettingwielafdekking (6)
aangebracht wordt, tot aan de aanslag in
de richting van de zwaardbevestigings-
schroef (4).
Ketting aanspannen
De spanning van de zaagketting 1 is
belangrijk voor uw veiligheid en voor de
werking van de hoogsnoeier. Een correct
gespannen zaagketting verlengt de le-
vensduur van uw apparaat.
De zaagketting 1 is correct gespannen
wanneer ze zonder door te hangen met
de hand (beschermende handschoenen
dragen) rond het zwaard 2 getrokken kan
worden.Bij het trekken aan de zaagketting
met een trekkracht van 9 N (ca. 1 kg) mag
de afstand tussen de zaagketting en de ge-
leidingsrail niet meer dan 2 mm bedragen
1. Draai de zwaardbevestigingsschroef
4 tegen de richting van de wijzers van
een klok in om het zwaard 2 lichtjes te
lossen.
2. De spanning van de zaagketting 1 re-
guleert u via de kettingspanner 5.
Draai deze snelspaninrichting in de
F
E
C
D