Instellingen – Sony KDL-32V4500 Benutzerhandbuch
Seite 132

22
NL
Instellingen
Beeld
Beeldmodus
Weergavemodus
(alleen in PC-modus/PC-
ingang/HDMI PC-ingang)
Hiermee selecteert u de beeldmodus, behalve voor een PC-ingangsbron. De
opties voor “Beeldmodus” kunnen afwijken afhankelijk van de “Video/Foto”-
instelling (pagina 24).
“Levendig”: ("Winkel", zie pagina 7) voor een beter beeldcontrast en een betere
beeldscherpte.
“Standaard”: ("Thuis", zie pagina 7) voor standaardbeeld. Aanbevolen voor
thuisgebruik.
“Bioscoop”: Voor het bekijken van op film gebaseerde inhoud. Uiterst geschikt
voor weergave in een theaterachtige omgeving. Deze beeldinstelling is
ontwikkeld in samenwerking met Sony Pictures Entertainment om films zo
getrouw mogelijk aan de ideeën van de makers weer te geven.
“Foto”: Hiermee kunt u een optimale beeldkwaliteit voor foto´s instellen.
Hiermee kunt u de beeldmodus voor een PC-ingangsbron selecteren.
“Video”: Voor videobeelden.
“Tekst”: Voor tekst, grafieken of tabellen.
Reset
Hiermee kunt u alle beeldinstellingen, behalve “Beeldmodus” en
“Weergavemodus” (alleen in PC-modus), op de fabrieksinstellingen zetten.
Verlicht
Hiermee wordt de helderheid van het achtergrondlicht ingesteld.
Contrast
Hiermee wordt het beeldcontrast verhoogd of verlaagd.
Helderheid
Hiermee wordt het beeld helderder of donkerder.
Kleur
Hiermee wordt de kleurintensiteit verhoogd of verlaagd.
Kleurtint
Hiermee worden de groen- en roodtinten verhoogd of verlaagd.
z
“Kleurtint” kan alleen worden aangepast voor een NTSC-kleursignaal (zoals op
Amerikaanse videobanden).
Kleur Temperatuur
Hiermee wordt de witheid van het beeld ingesteld.
“Koel”: geeft witte kleuren een blauwe tint.
“Neutraal”: geeft witte kleuren een neutrale tint.
“Warm 1/Warm 2”: Geeft witte kleuren een rode tint. “Warm 2” geeft een
rodere tint dan “Warm 1”
z
“Warm 1 en Warm 2” zijn niet beschikbaar als “Beeldmodus” is ingesteld op
“Levendig”.
Beeldscherpte
Hiermee wordt het beeld scherper of zachter.
Ruisonderdruk.
Hiermee onderdrukt u de beeldruis (sneeuw) in het geval van een zwak
uitzendsignaal.
“Auto”: Hiermee wordt de beeldruis automatisch onderdrukt (alleen in analoge
modus).
“Hoog/Midden/Laag”: past het effect van de ruisreductie aan.
“Uit”: Hiermee schakelt u het kenmerk “Ruisonderdruk.” uit.
z
“Auto” is niet beschikbaar voor de AV1, AV2, AV3, HDMI 1, HDMI 2, HDMI
3, Component, PC modus en digitale modus.
MPEG Ruisonderdr.
Onderdrukt de beeldruis in een met MPEG gecomprimeerde video.
010COV.book Page 22 Wednesday, June 18, 2008 11:02 AM