Montage en bediening / reiniging en onderhoud, Montage en bediening, Montage – Livarno Z30591B-BS Benutzerhandbuch
Seite 25: Ingebruikname, Reiniging en onderhoud, Water vervangen

25
NL
Montage en bediening / Reiniging en onderhoud
Q
Montage en bediening
Q
Montage
j
Let op dat de rubbernop
14
zich aan de
bovenzijde bevindt.
j
Plaats de glazen schaal
3
op de metalen
standaard
6
in de buurt van een contactdoos
(230 – 240 V~, 50 Hz).
j
Voer de aansluitsteker
5
en de aansluitleiding
4
door het kleine gat in de glazen schaal
3
.
Sluit het gat vervolgens met de rubberafdich-
ting
2
.
j
Waarborg dat de rubberafdichting
2
het
gaatje compleet afsluit, anders kan het water
uit de glazen schaal
3
stromen.
Opmerking: u kunt de rubberafdichting
2
iets vochtig maken, zodat deze beter in het
gaatje glijdt.
j
Verwijder de nevelgenerator
8
uit de glazen
schaal
3
en plaats de afstandhouder A
10
met de zuignappen naar beneden in het midden
van de glazen schaal
3
. Druk de afstandhouder
A
10
voorzichtig op de bodem van de glazen
schaal
3
, zodat de zuignappen zich kunnen
vastzuigen.
j
Plaats de nevelgenerator
8
in de afstandhouder
A
10
.
j
Steek de afstandhouder B
12
in de verbindings-
opening
11
van de afstandhouder A
10
. Plaats
de rubberring
13
op de afstandhouder B
12
.
j
Let op dat de aansluitleiding
4
niet over de
nevelgenerator
8
ligt omdat in dat geval geen
nevel kan worden gegenereerd. Trek in dat
geval de aansluitleiding
4
iets verder door de
rubberafdichting
2
.
j
Vul de glazen schaal
3
met ca. 1.000 ml water.
Opmerking: Vul de glazen schaal
3
alleen
tot de max.-markering
7
.
Opmerking: het beste resultaat behaalt u
als het water net boven de waterpeilsensor
9
staat.
j
Plaats de glazen afdekking
1
op de
rubberring
13
.
Opmerking: de nevelgenerator
8
schakelt
uit als het waterpeil onder de waterpeilsensor
9
daalt.
j
Bovendien brandt een rode ledlamp aan de
waterpeilsensor
9
zodra het waterpeil tot
onder de waterpeilsensor
9
daalt.
Opmerking: gebruik géén geurolie.
Q
Ingebruikname
j
Verbind de aansluitsteker
5
met de adapter-
steker
16
en sluit de netadapter
15
aan op
een contactdoos (230 – 240 V~, 50 Hz).
Opmerking: Let op dat de netadapter
15
zich buiten de nevel bevindt.
j
De nevelgenerator
8
begint fijne waternevel te
generen die op rook lijkt. De leds
17
branden
en veranderen automatisch van kleur.
j
Als het nevelapparaat alleen waterspetters of
geen nevel meer genereert, is het water waar-
schijnlijk verontreinigd. Vervang het water in
dat geval (zie ‘Water vervangen’).
j
Schakel het nevelapparaat uit door de
netkabel
15
uit de contactdoos te trekken.
Q
Reiniging en onderhoud
WaaRSCHuWINg!
LEVENSgEVaaR
DOOR ELEKTRISCHE SCHOKKEN! Trek vóór
alle werkzaamheden aan het product altijd eerst
de netadapter
15
uit de contactdoos.
Q
Water vervangen
j
Vervang het water minimaal 1 x per week.
Zo voorkomt u dat algen ontstaan.
j
Giet het water weg en laat het nevelapparaat
volledig drogen als u het gedurende een
langere periode niet gebruikt.
j
Verontreinigd water belemmert / voorkomt de
correcte werking van de nevelgenerator
8
.
Als het apparaat alleen nog waterspetters ge-
nereert of de hoeveelheid nevel minder is dan
gebruikelijk, vervangt u het water uit de glazen
schaal
3
.