Foto’s – HP df840p1 Rahmen für Digitalbilder Benutzerhandbuch
Seite 49

9
5. Selecteer
TITEL BERICHT
om te wisselen tussen de
Titel
en
Bericht ‐
invoerschermen.
U kan meerdere tekstregels invoeren door de
TITEL BERICHT
toets of de
op de #1 toets te gebruiken (verschilt
van model tot model).
TIP: Indien u meerdere tekstregels invoert, is het aangeraden af en toe
Klaar
te selecteren zodat uw
bericht opgeslaan wordt en het niet verloren gaat bij stroomonderbrekingen of wanneer u het
invoeren onderbreekt.
6. Selecteer
STIJL 1 2 3 4
om een achtergrond te selecteren die goed bij uw begroeting past.
Stijl 1 Standaard– Blauw met een boekrol (of uw gepersonaliseerde foto –zie Gepersonaliseerde Achtergrondsafbeelding
Toewijzen op pagina 9)
Stijl 2 – Ballonnen
Stijl 3
–
Cadeau met gouden lint
Stijl 4 – Rozen
7. Selecteer
BEKIJKEN
om uw begroeting te bekijken en druk vervolgens op
om terug te gaan naar het
toetsenbordscherm.
8. Als u tevreden bent met uw begroeting, kan u
Klaar
selecteren om op te slaan.
Gepersonaliseerde Achtergrondsafbeelding Toewijzen
U kan uw persoonlijke begroeting nog mooier maken door één van uw eigen foto’s toe te wijzen als achtergrond.
1. Selecteer de foto die u als achtergrond wilt gebruiken, geef het de precieze naam showme.jpg.
BELANGRIJK: showme.jpg moet een standaard JPG zijn en mag niet in een progressief formaat zijn.
2. Kopieer
uw
showme.jpg bestand naar de hoofdfolder van het interne geheugen van de DFL. Gebruik de
instructies van DFL naar PC – USB Aansluiting (pagina Error! Bookmark not defined.) om het bestand naar
de rootfolder te kopiëren (niet naar de Fotofolder kopiëren).
3. Volg stappen 1-6 onder Begroeting Invoeren (hierboven) en selecteer de Standaard stijl.
4. Uw begroeting zal nu uw eigen foto als achtergrond laten zien.
5. Selecteer
BEKIJKEN
om uw begroeting te bekijken, en druk vervolgens op
om terug te gaan naar het
toetsenbordscherm.
6. Als u tevreden bent met uw begroeting, kan u Klaar selecteren om op te slaan.
FOTO’S
De
FOTO
functie bevat veel functies voor het optimaliseren en gepersonaliseerd instellen van uw weergavevoorkeur.
U
kan uw foto’s individueel of in slideshows bekijken. Dankzij de optionele functies kan u de huidige tijd laten weergeven bij
uw afbeeldingen, de datum/tijd van het fotobestand laten weergeven, de schermkleuren aanpassen, slideshowovergangen
kiezen en zelfs een planning maken voor de slideshows, naargelang uw wekelijkse agenda.
Fotothumbnails
1. Selecteer in het
HOME
scherm de toets
FOTO’S-
Beheren
.
2. Gebruik
om door de individuele foto’s te scrollen, of gebruik de
Pagina Omhoog/Pagina
Omlaag
pijltjes om door volledige pagina’s te bladeren.
3. Bekijk een individuele foto op het volledige scherm door op
op de gemarkeerde foto te drukken.
4. U kan tijdens de fotoweergave
gebruiken om de volgende/vorige foto’s te bekijken.
Individuele Foto’s Bekijken tijdens een Slideshow
1. Wanneer de gewenste foto wordt weergegeven, kan u op
drukken om de slideshow te pauzeren.
2. De foto zal ca. 60 seconden worden weergegeven en vervolgens wordt de slideshow automatisch hervat. U kan
ook op
of op
SLIDESHOW
drukken om de slideshow te hervatten.