De juiste plaats, Naast elektrische- of gasfornuizen 3 cm, Naast een cv-installatie 30 cm – Siemens KG38QAL30 Benutzerhandbuch
Seite 31: Apparaat horizontaal zetten, Let op de omgevings- temperatuur en de beluchting, Omgevingstemperatuur, Beluchting, De juiste plaats apparaat horizontaal zetten, En de beluchting, Nl 31

nl
31
De juiste plaats
Elke droge, goed te ventileren ruimte
is geschikt. Het apparaat niet in de zon
of naast een fornuis,
verwarmingsradiator of een andere
warmte bron plaatsen. Is plaatsing naast
een warmtebron niet te vermijden, maak
dan gebruik van een isolerende plaat of
neem de volgende minimumafstanden
tot de warmtebron in acht:
■
Naast elektrische- of gasfornuizen
3 cm.
■
Naast een CV-installatie 30 cm.
De vloer op de plaats van opstelling mag
niet meegeven, vloer eventueel
verstevigen. Eventuele oneffenheden
in de vloer opheffen door er iets onder te
leggen.
Aanwijzing
Bij plaatsing naast een ander koel- of
vriesapparaat moet aan de zijkant ten
minste 2 cm ruimte worden opengelaten
om het ontstaan van condenswater te
vermijden.
Apparaat horizontaal
zetten
Afb. $
Het apparaat op de daarvoor bestemde
plaats zetten en stellen. Het apparaat
moet waterpas en stevig op de vloer
staan. Oneffenheden in de vloer d.m.v.
de twee schroefvoetjes aan de voorkant
opheffen. Om de schroefvoetjes
te verstellen een steeksleutel gebruiken.
Aanwijzing
Het apparaat moet loodrecht staan. Zet
het apparaat in de juiste stand met
behulp van een waterpas.
Let op de omgevings-
temperatuur en de
beluchting
Omgevingstemperatuur
Het apparaat is voor een bepaalde
klimaatklasse geconstrueerd. Afhankelijk
van de klimaatklasse kan het apparaat
bij de volgende omgevingstemperaturen
gebruikt worden.
De klimaatklasse staat op
het typeplaatje, afb. ..
Aanwijzing
Het apparaat is volledig functioneel
binnen de binnentemperatuurgrenzen
van de aangegeven klimaatklasse.
Wanneer een apparaat uit klimaatklasse
SN wordt gebruikt bij een lagere
binnentemperatuur, kunnen
beschadigingen aan het apparaat
worden uitgesloten tot een temperatuur
van +5 °C.
Beluchting
Afb. #
De lucht aan de achterwand en aan
de zijwanden van het apparaat wordt
verwamd. De verwarmde lucht moet
ongehinderd afgevoerd kunnen worden.
Anders moet de koelmachine meer
presteren waardoor het energieverbruik
toeneemt.
De be en ontluchtingsopeningen mogen
dan ook nooit worden afgedekt!
Klimaatklasse
Toelaatbare
omgevingstemperatuur
SN
+10 °C tot 32 °C
N
+16 °C tot 32 °C
ST
+16 °C tot 38 °C
T
+16 °C tot 43 °C