Silvercrest DTL + 1026 - Handbuch (Seite 60)

60
NL
Apparaat niet uitschakelen.
Schakel het apparaat uit als u deze langere tijd
niet gebruikt.
1. Stel de temperatuurregelaar
4 in op „0“ .
2. Trek de stekker uit het stopcontact als u de het
apparaat langere tijd niet gebruikt.
3. Ruim het apparaat uit en ontdooi en reinig
deze.
4. Laat de deur een klein stukje open staan, zo-
dat er zich aan de binnenkant geen schimmel
kan vormen.
Tip voor het koelen en
vriezen van levensmiddelen
Tips voor het koelen
– Ter behoud van aroma en versheid van voe-
dingsmiddelen in het koelgedeelte, dient u
alle te koelen levensmiddelen verpakt in het
koelgedeelte te plaatsen Gebruik de speciale
kunstofbakjes voor levensmiddelen of in de
winkel verkrijgbare folie.
– Laat warme levensmiddelen eerst afkoelen,
voordat u deze in het koelgedeelte plaatst.
– Plaats de levensmiddelen zodanig in het koel-
gedeelte, dat de lucht vrij kan circuleren. Dek
de schappen niet af met papier o. i.d.
– Leg de levensmiddelen niet direct tegen de
achterwand aan. Zij kunnen nl. aan de achter-
wand vastvriezen.
– Leg een koelkastthermometer op de glasplaat
boven de groentela, zo kunt u de juiste tempe-
ratuur controleren. Optimaal is zo rond +6 °C.
– Fruit/groente: Vers fruit en groente in de groen-
tela plaatsen.
– Op de glasplaat boven de groentela bevindt
zich de koudste plek. Dit is perfect voor vers
vlees, wild, gevogelte, spek, worst en rauwe
vis.
– In het bovenste gedeelte en in de schappen in
de deur is het het warmst, perfect voor smeer-
bare boter en kaas.
– Flessen, drankkartons: Plaats flessen en
drankkartons in de flessenhouder in de deur.
Volle verpakkingen het dichtst bij het schar-
nier plaatsen, zodat deze niet te zwaar belast
wordt.
Tips voor het invriezen/bewaren
Om ervoor te zorgen dat smaak en voedings-
waarde van uw ingevoren etenswaren behouden
blijven, uw apparaat niet teveel stroom verbruikt
en het vriesvak niet onnodig vaak ontdooid hoeft
te worden, dient u op het volgende te letten:
– Ingevroren voedsel heeft een gelijkmatige be-
waartemperatuur van –18 °C nodig.
– In een tijdsbestek van 24 uur kunnen maximaal
2,5 kg verse etenswaren worden ingevroren.
– Alleen kwalitatief perfecte levensmiddelen in-
vriezen, die overeenkomstig hun eigenschap-
pen zijn voorbereid, in porties verdeeld en ver-
pakt zijn.
– Ook bereide gerechten zoveel mogelijk in por-
ties invriezen. Kleine hoeveelheden vriezen
sneller door tot in de kern. Bovendien is het
goedkoper om meerdere kleine porties in te
vriezen dan de rest van een grote portie weg
te gooien.
– Vlees, gevogelte en vis rauw of bereid in ge-
wenste proties invriezen en later in de koelkast
laten ontdooien. Let erop, dat bijv. vlees niet in
zijn eigen dooivocht ligt.
– Verse en bereide maaltijden ongezouten en
ongekruid invriezen. Ongezouten ingevroren
levensmiddelen hebben een langere houd-
baarheid.
– Om te voorkomen dat de bevoren etenswaren
uitdrogen, andere smaken opnemen of uitlo-
pen dient stevig verpakkingsmateriaal gebruikt
te worden, dus lucht- en vloeistofdicht, niet te
stijf, goed sluitbaar en beschrijfbaar.
– Bij het bewaren van kant-en-klare diepvriesar-
tikelen de aanwijzingen van de fabrikant in acht
nemen.
– Houd u aan de aanbevolen bewaartijden en
-temperaturen. De symbolen in de deur van
het vriesgedeelte geven een indicatie van de
maximale bewaartijd:
vis, gebak en ijs max. 2 maanden •