Zigzagsteek, Punto zigzag – Brother LS-1717 Benutzerhandbuch
Seite 41

○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○
○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○○
32
GERAD- UND ZICKZACKSTICH
POINTS DROITS ET POINTS ZIGZAG
DE RECHTE EN DE ZIGZA
GSTEEK
PUNT
O DIRITT
O E ZIGZA
G
Zigzagsteek
STEEKLENGTE
1-4 (Voor de satijnsteek, instellen op F.)
STEEKBREEDTE
1-5 (Voor naaien met dubbele naald, altijd
een instelling van minder dan 3 gebruiken.)
NAALDPOSITIE
M, L, R (Voor naaien met dubbele naald,
altijd de M positie gebruiken.)
PERSVOET
Zigzag
NAALD
Enkel of dubbel
Normale zigzagsteek
Stel de steeklengte voor een normale zigzagsteek in tussen 1 en 4.
OPMERKING:
Bij zigzagsteken is een lagere bovendraadspanning vereist dan bij
rechte steken.
1. Wanneer de steeklengte is ingesteld tussen 0 en 1, moet u 5 tot 6
rechte steken als versteviging naaien.
2. Stel de steekbreedte op de gewenste waarde in en begin met
naaien.
3. Stel de steekbreedte weer terug op een waarde tussen 0 en 1 om
de steken opnieuw te verstevigen voordat u het naaiwerk van de
machine afneemt.
Satijnsteek
Wanneer de steeklengte wordt ingesteld in het F gebied en de steek-
breedte wordt ingesteld op een waarde hoger dan 1, ontstaat de
zogenaamde satijnsteek (een zeer smalle zigzagsteek). Deze steek
wordt gebruikt voor knoopsgaten en om decoratieve steken of boor-
den te maken.
OPMERKING:
U wordt aangeraden een proeflapje te maken voordat u begint.
Punto zigzag
LUNGHEZZA DEL PUNTO
1-4 (per il punto satin, impostare su F.)
AMPIEZZA DEL PUNTO
1-5 (per cuciture ad ago gemello, usare
sempre un’impostazione inferiore a 3.)
POSIZIONE DELL’AGO
M (centro), L (sinistra), R (destra) (per cuciture
ad ago gemello, impostare sempre su M.)
PIEDINO PREMISTOFFA
Zigzag
AGO
Singolo o gemello
Punto zigzag semplice
Per eseguire un punto zigzag semplice, impostare l’ampiezza del punto tra 1 e 4.
NOTA:
Il punto zigzag richiede una minor tensione superiore del filo rispetto al
punto diritto.
1. Impostata la lunghezza del punto tra 0 e 1, eseguire 5-6 punti diritti di
rinforzo.
2. Impostare l’ampiezza del punto desiderata e iniziare a cucire.
3. Impostare nuovamente l’ampiezza del punto tra 0 e 1 per rinforzare an-
cora i punti prima di togliere il tessuto dalla macchina.
Punto satin
Quando la lunghezza del punto è impostata nell’area F e l’impostazione
dell’ampiezza del punto è superiore a 1, si ottiene un punto satin (un punto
zigzag fitto). Il punto satin può essere utilizzato per eseguire asole, punti
decorativi nonché orli.
NOTA:
Si consiglia di eseguire una cucitura di prova su un pezzo di tessuto prima
di proseguire il lavoro.