Keuze van de lichtmeetfunctie – Sony DSC-L1 Benutzerhandbuch
Seite 189

55
DSC-L1 2-186-445-41(1) [OpenType FONT]
Geavanceerd opnemen van stilstaande beelden
NL
Keuze van de
lichtmeetfunctie
Met de lichtmeetfunctie kunt u kiezen
welk gedeelte van het onderwerp gebruikt
moet worden om door meting de belichting
vast te stellen.
Lichtmeting met meerdere
patronen (geen indicatie)
Het beeld wordt opgesplitst in meerdere
velden en voor elk veld afzonderlijk wordt
er een lichtmeting verricht. De camera
beoordeelt de positie van het onderwerp en
de helderheid van de achtergrond, en zorgt
op basis daarvan voor een evenwichtige
belichting.
De fabrieksinstelling is lichtmeting met
meerdere patronen.
Spot lichtmeting (
)
Slechts een klein gedeelte van het
onderwerp wordt gebruikt voor de meting.
Hiermee kunt u opnamen maken van
onderwerpen die niet te donker zijn, zelfs
bij tegenlicht, of de belichting bijstellen
van een onderwerp waarvan het contrast
met de achtergrond groot is.
Alvorens over te gaan tot
bediening
Voor het opnemen van stilstaande beelden,
stelt u
(Camera) op het menu in op een
andere instelling dan [Auto] (blz. 46 en
112).
Modusschakelaar
Regelknop
Zet de modusschakelaar in de
stand of .
Druk op (
) om de spot
lichtmeting in te schakelen.
Het dradenkruis van de spot lichtmeting
vershijnt.
VGA
F3.5
250
FINE
S AF
101
P
60min
98
Dradenkruis
van de spot
lichtmeting
Spot lichtmeting annuleren
Druk nogmaals op
(
)
om de
spot lichtmeting uit te schakelen. Het
dradenkruis van de spot lichtmeting
verdwijnt en de camera keert terug naar de
multi-patroon lichtmeting.
• Als u, bij gebruik van puntmeting, wilt
scherpstellen op het lichtmeetpunt, wordt
de instelling
(Focus) op [Center AF]
aangeraden (blz. 50).