Oplossen van problemen – Pioneer CT-W208R Benutzerhandbuch
Seite 66

66
Du/Sw
Onjuiste bediening wordt vaak ten onrechte aangezien voor een storing of defekt. Raadpleeg daarom bij een eventueel
probleem altijd eerst de onderstaande lijst. Het is daarnaast ook mogelijk dat de oorzaak schuilt in één van de andere
aangesloten komponenten van het stereo-systeem. Kontroleer daarom ook alle in gebruik zijnde komponenten en
tevens in de buurt geplaatste elektrische toestellen.
Indien het niet mogelijk is om het probleem aan de hand van de onderstaande lijst op te lossen, neem dan kontakt op
met een erkend PIONEER servicecentrum of uw dealer om het toestel te laten repareren.
÷ Schakel de spanning aan.
Symptoom
Mogelijke oorzaak
Oplossing
SPANNING
Spanning kan niet
worden
aangeschakeld.
÷ Netsnoer niet aangesloten.
÷ Het komponent (stereo-versterker, audio-
timer, etc.) waarop het netsnoer is
aangesloten is niet aangeschakeld.
÷ Verbind het netsnoer.
÷ Schakel de stereo-versterker of audio-timer
aan.
CASSETTE-HOUDER
Cassettehouder kan
niet worden geopend.
÷ Deck is niet in de stopfunktie geschakeld
(band loopt).
÷ Spanning was uitgeschakeld terwijl de band liep.
÷ Druk op de stoptoets (7).
Cassettehouder sluit niet.
÷ Cassette niet juist geplaatst.
÷ Plaats de cassette juist.
WEERGAVE
W e e r g a v e w o r d t
direkt gestopt.
÷ Band geheel opgespoeld.
÷ Band niet strak getrokken.
÷ Start weergave in de tegengestelde richting.
÷ Trek de band strak (zie blz. 32).
÷ Spoel de band terug.
Niveaumeter werkt
niet.
÷ Geen signalen op de cassette.
÷ Kop is vuil.
÷ Plaats een voorbespeelde cassette.
÷ Reinig de koppen (zie blz. 34).
Geen geluid
÷ De juiste ingangsfunktie van de versterker
is niet ingesteld.
÷ Volume van de versterker te laag.
÷ Foute aansluiting (slecht kontakt, draden
ontkoppeld, gebroken draad, draad
verwijderd, etc.)
÷ Stel de juiste ingangsfunktie van de
versterker in.
÷ Verhoog het volume van de versterker.
÷ Kontroleer de aansluitingen (zie blz. 36).
OPNAME
Opname-indikator licht
niet op.
÷ Wispreventielipjes zijn verwijderd.
÷ Plaats een andere cassette met
wispreventielipjes intakt.
÷ Bedek de openingen met plakband (zie blz. 32).
Niveaumeter werkt
niet.
÷ REC LEVEL regelaar te laag ingesteld.
÷ Foute aansluiting, slecht kontakt, draden
ontkoppeld, gebroken draad, etc.)
÷ Verhoog het opnameniveau met de REC
LEVEL regelaar (zie blz. 62).
÷ Stel de opnamebronschakelaar van de
versterker in de juiste stand.
÷ Kontroleer de aansluitingen (zie blz. 36).
Opname wordt direkt
gestopt.
÷ Band geheel opgespoeld.
÷ Band niet strak getrokken.
÷ Start opname in de tegengestelde richting.
÷ Spoel de band terug.
÷ Trek de band strak (zie blz. 32).
÷ De versterker levert geen signaal (van de
tuner,CD-speler, etc.)
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Du