Panasonic NVDS12EG - Handbuch (Seite 43)

85 84
ITALIANO NEDERLANDS DEUTSCH FRANÇAIS
Aufnahmemodus Sport
³ Bilder, die im Aufnahmemodus Sport aufgenommen worden
sind, können auf einem Videorecorder in Zeitlupe und
Standbildern mit besonders klaren Bildern und feinen Details
wiedergegeben werden.
³ Während der normalen Wiedergabe sind die Bewegungen u.
U. nicht fließend.
³ Vermeiden Sie das Aufnehmen in diesem Modus unter
Leuchtstofflampen, Quecksilberdampflampen oder
Natriumlampen, denn die Farben und die Helligkeit des
Wiedergabebildes sind u. U. nicht stabil.
³ Beim Aufnehmen von Motiven unter extrem starker
Beleuchtung oder mit viel Lichtreflexion können im
Wiedergabebild u. U. vertikale Lichtstrahlen auftreten.
³ Wenn das Motiv nicht ausreichend beleuchtet ist, blinkt die
Anzeige [
5 ].
³ Wenn dieser Modus für Innenaufnahmen benutzt wird, kann
im Wiedergabebild Flimmern auftreten.
³ Es ist nicht möglich, den Aufnahmemodus Sport [ 5 ]
zusammen mit dem Aufhellungs-Modus [GAIN UP] zu
benutzen.
Aufnahmemodus Porträt
³ Wenn dieser Modus für Innenaufnahmen benutzt wird, kann
im Wiedergabebild Flimmern auftreten.
³ Es ist nicht möglich, den Aufnahmemodus Porträt [ 7 ]
zusammen mit dem Aufhellungs-Modus [GAIN UP] zu
benutzen.
Aufnahmemodus Schwachlicht
³ Bei extrem dunklen Szenen können diese u. U. nicht
ausreichend aufgehellt werden.
Aufnahmemodus Spotlight
³ Beim Einsatz dieses Modus kann das aufgenommene Bild
gesamthaft extrem dunkel sein.
³ Bei einem extrem hellen Bildgegenstand kann das
aufgenommene Bild überbelichtet (ausgewaschen) sein.
Aufnahmemodus Strand & Schnee
³ Bei einem extrem hellen Bildgegenstand kann das
aufgenommene Bild überbelichtet (ausgewaschen) sein.
Mode sport
³ Lorsqu’on effectue la lecture de séquences de
magnétoscope que l’on a enregistrées en mode sport, on
pourra visionner les images au ralenti et les images fixes
très nettement dans tous leurs détails.
³ Pendant la lecture normale, il est possible que les
mouvements de l’image manquent de souplesse.
³ Dans ce mode, éviter d’enregistrer sous l’éclairage de
lampes fluorescentes, à vapeur de mercure ou au sodium,
car les couleurs et la luminosité des images lues pourraient
être irrégulières.
³ Lorsqu’on enregistre des sujets intensément éclairés ou
avec beaucoup de réflexions lumineuses, il est possible que
les images lues contiennent des stries lumineuses
verticales.
³ Lorsque l’éclairage est insuffisant, l’indication [ 5 ] clignote.
³ Lorsqu’on utilise ce mode pour enregistrer en intérieur, il est
possible que l’image lue tremble.
³ Il n’est pas possible d’utiliser le mode sport [ 5 ] et le mode
d’augmentation de gain [GAIN UP] simultanément.
Mode portrait
³ Lorsqu’on utilise ce mode pour enregistrer en intérieur, il est
possible que l’image lue tremble.
³ Il n’est pas possible d’utiliser le mode portrait [ 7 ] et le
mode d’augmentation de gain [GAIN UP] simultanément.
Mode faible luminosité
³ Il peut être impossible d’éclaircir suffisamment des
séquences excessivement sombres.
Mode projecteur
³ Lorsqu’on utilise ce mode, il est possible que l’image
enregistrée soit très sombre.
³ Si un sujet est très lumineux, l’image enregistrée pourra être
blanchâtre.
Mode surf & neige
³ Si un sujet est très lumineux, l’image enregistrée pourra être
blanchâtre.
Modo Sport
³ Le scene girate nel modo Sport possono essere riviste su un
videoregistratore al rallentatore e in fermoimmagine con
estrema definizione e ricchezza di dettagli.
³ Durante la normale riproduzione i movimenti nell’immagine
potrebbero non essere omogenei.
³ E’ bene evitare le riprese in questo modo se le scene sono
illuminate da lampade fluorescenti, a vapori di mercurio o di
natrio. In riproduzione le immagini potrebbero essere
instabili nella luminosità e nel colore.
³ Se le immagini sono state riprese con una forte
illuminazione o in presenza di molti riflessi, in riproduzione
potrebbero contenere raggi di luce verticali.
³ Quando l’illuminazione non è sufficiente, lampeggia
l’indicazione [
5 ].
³ Se le riprese vengono effettuate in interni, le immagini in
riproduzione potrebbero presentare sfarfallio.
³ Non è possibile utilizzare contemporaneamente il modo
Sport [
5 ] e l’Effetto Guadagno [GAIN UP].
Modo Ritratto
³ Se le riprese vengono effettuate in interni, le immagini in
riproduzione potrebbero presentare sfarfallio.
³ Non è possibile utilizzare contemporaneamente il modo
Ritratto [
7 ] e l’Effetto Guadagno [GAIN UP].
Modo a Bassa luminosità
³ In condizioni di luminosità troppo scarsa potrebbe non
essere possibile aumentare a sufficienza la luminosità
dell’immagine.
Modo Spettacolo
³ Quando viene utilizzato questo modo, le immagini registrate
possono risultare molto scure.
³ Se il soggetto è estremamente illuminato, l’immagine
registrata può risultare sbiadita.
Modo Sole e Neve
³ Se il soggetto è estremamente illuminato, l’immagine
registrata può risultare sbiadita.
Sportfunctie
³ Wanneer u scènes opgenomen in de sportfunctie weergeeft
op een videorecorder, kunt u slow motion-weergave en
beeld-voor-beeld-weergave van zeer scherpe beelden met
schitterende details krijgen.
³ Tijdens normale weergave is het mogelijk dat de
bewegingen in het beeld niet soepel verlopen.
³ Voorkom het opnemen in deze functie onder tl-buizen,
kwikdamplampen of natriumlampen, omdat de kleur en
helderheid van het weergavebeeld kunnen variëren.
³ Wanneer u onderwerpen opneemt die sterk zijn belicht of
veel licht reflecteren, kan het weergavebeeld verticale
lichtstrepen bevatten.
³ Wanneer de scène onvoldoende belicht is, zal de [ 5 ]
indicatie knipperen.
³ Wanneer u deze functie gebruikt voor het opnemen
binnenshuis, kan het weergavebeeld flikkeren.
³ Het is niet mogelijk de sportfunctie [ 5 ] tegelijkertijd met
de onderbelichting-compensatiefunctie [GAIN UP] te
gebruiken.
Portretfunctie
³ Wanneer u deze functie gebruikt voor het opnemen
binnenshuis, kan het weergavebeeld flikkeren.
³ Het is niet mogelijk de portretfunctie [ 7 ] tegelijkertijd met
de onderbelichting-compensatiefunctie [GAIN UP] te
gebruiken.
Onderbelichtingsfunctie
³ Het kan onmogelijk zijn bijzonder donkere scènes voldoende
helder te maken.
Schijnwerperfunctie
³ Wanneer u deze functie gebruikt kan het opgenomen beeld
bijzonder donker zijn.
³ Wanneer een onderwerp bijzonder helder is, is het mogelijk
dat het opgenomen beeld witachtig is.
Strand-en-sneeuwfunctie
³ Wanneer een onderwerp bijzonder helder is, is het mogelijk
dat het opgenomen beeld witachtig is.