Panasonic NVDS11EG - Handbuch (Seite 30)

DEUTSCH NEDERLANDS
1
2
Aufnehmen
Wenn der Modus-Wahlschalter auf [AUTO] O eingestedt
ist, können Sie ganz einfach den Camerarecorder
einschalten und durch Drücken der Start-ZStopp-Taste
mit dem Aufnehmen beginnen. Der Camerarecorder
erledigt dabei die Scharfeinstellung und den
Weißabgleich automatisch.
•Je nach Aufnahmesituation und Beleuchtung sind
korrekte automatische Scharfeinstellung und
Weißabgleich u. U. nicht möglich, ln solchen Fällen
sollten Sie diese manuell durchführen.
Scharfeinstellung: (-» 88);
Weißabgleich: (-* 82, 84, 86)
Den Schalter [OFF/ON] auf [ON] stellen.
Die Lampe [CAMERA] leuchtet auf. ©
Die Start-ZStopp-Taste drücken.
Die Aufnahme beginnt.
Die Anzeige [RECORD] erscheint kurz und
wechselt dann auf [REC]. ©
3
Zum Umschalten auf Aufnahmepause:
Die Start-ZStopp-Taste erneut drücken.
Die Anzeige [PAUSE] erscheint. Q
4
Zum Beenden der Aufnahme:
Den Schalter [OFFZON] auf [OFF] stellen.
• Immer zuerst den Objektivdeckel abnehmen, bevor Sie
den Schalter [OFF/ON] auf [ON] stellen. Andernfalls ist
die automatische Weißabgleich-Einstellung (-» 84)
u. U. nicht präzise.
•Wenn Sie den Camerarecorder länger als 6 Minuten
im Modus Aufnahmepause lassen, schaltet er sich
automatisch aus, um das Band zu schützen und
Akkustrom zu sparen. Um aus diesem Zustand
erneut aufzunehmen, den Schalter [OFFZON] zuerst
auf [OFF] und dann wieder auf [ON] stellen.
Aufnahmeanzeigelampe
Die Aufnahmeanzeigelampe © leuchtet während der
Aufnahme, damit Ihre Akteure vor dem Camerarecorder
wissen, wann die Aufnahme läuft. Wenn Sie [REC
LAMP] im Untermenü [OTHER FUNCTIONS] auf [OFF]
einstellen, leuchtet die Aufnahmeanzeigelampe nicht
mehr.
30
Opnemen
Indien de functiekeuzeschakelaar is ingesteld op [AUTO]
©. kunt u eenvoudigweg de camerarecorder
inschakelen en op de start-Zstoptoets drukken om met
het opnemen te beginnen. De beeldscherpte en de
witbalans zullen automatisch worden ingesteld.
• Afhankelijk van de lichtbron en de opname-
omstandigheden kan het zijn dat een juiste instelling !
van de beeldscherpte en witbalans niet mogelijk is. in
dergelijke gevallen stelt u deze handmatig in.
beeldscherpte; (-» 88); witbalans: {-♦ 82, 84, 86) i
1
Zet de [OFFZON] schakelaar in de stand
[ON].
Het [CAMERA] lampje @ gaat aan.
2 Druk op de start-Zstoptoets.
Het opnemen begint.
De [RECORD] indicatie wordt kortstondig afgebeeld
en verändert venvolgens in de [REC] indicatie. ©
ö Onderbreken van het opnemen:
Druk nogmaals op de start-Zstoptoets.
De [PAUSE] indicatie wordt afgebeeld ©.
At Stoppen met het opnemen:
Zet de [OFFZON] schakelaar in de stand
[OFF].
• Zorg ervoor dat u de lensdop hebt verwijderd alvorens
u de [OFF.'ON] keuzeschakelaar in de stand [ON] zet.
Wanneer de iensdop nog op de lens zit wanneer u de
[OFF/ON] keuzeschakelaar in de stand [ON] zet, is het
mogelijk dat de automatische witbalansinstelling
(-» 84) niet nauwkeurig is.
• Als u de camerarecorder gedurende langer dan
5 minuten in de opnamepauzefunctie laat staan, zai
deze zichzelf automatisch uitschakelen om de band
te beschermen en acculading te besparen. Om
vanuit deze situatie weer met het opnemen te
beginnen, zet u de [OFF/ON] schakelaar in de stand
[OFF] ein vervolgens weer in de stand [ON].
Opnamelampje
Het opnamelampje gaat aan © tijdens het opnemen
zodat de mensen die voor de camerarecorder staan
weten dat de camerarecorder aan het opnemen is.
Wanneer u het item [REC LAMP] op het [OTHER
FUNCTIONS] submenu op [OFF] instelt, zaI het
opnamelampje niet aan gaan tijdens het opnemen.