Auf nehmen mit, Spezial-effekten, Digital-effekte 1 [effect1 – Panasonic NVDS11EG Benutzerhandbuch
Seite 72: Gain up, Nachzieheffekt-modi, S [tracer, Mirror, Opnemen met speciale effecten, Digitale functies 1 [effect1
Achtung! Der Text in diesem Dokument wurde automatisch erkannt. Um das ursprüngliche Dokument anzeigen, können Sie den "ursprünglichen Modus" verwenden können.

DEUTSCH
Auf nehmen mit
(Digital-Effekte)
Zusätzlich zum Super-BilJj;
bietet Ihnen dieser Camer:
verschiedene Digital-Effekt,
auf kreative Weise bereich'
Spezial-Effekten
Istabilisator und Digital-Zoom
arecorder insgesamt 11
mit denen Sie Ihre Szenen
¡ern können.
Digital-Effekte 1 [EFFECT1]
O
Wipe-Modus [WIPE]
Mit dieser Funktion er::ielen Sie saubere
Szenenübergänge, wobei das neue Bild von rechts
nach links eingeblendet wird, ähnlich dem Ziehen
eines Vorhanges. Für nähere Einzelheiten, (-» 78).
© Mix-Modus [MIX]
Mit dieser Funktion erpelen Sie ebenfalls saubere
Szenenübergänge, wobei die letzte Szene langsam
ausgeblendet und die neue Szene langsam darüber
eingeblendet wird. Für nähere Einzelheiten, (-> 80).
© Stroboskop-Modus [STROBE]
Die Bilder werden mit
aufgenommen.
O Aufhellungs-Modus
einem stroboskopartigen Effekt
GAIN UP]
Das Bild wird elektron sch aufgehellt.
In diesem Modus muí: die Scharfeinstellung manuell
vorgenommen werder.
© Nachzieheffekt-Modi|
Bildgegenstände mit
einen Nachzieheffekt,
s [TRACER]
dchneiler Bewegung erhalten
© Mosaik-Modus [MOS
Das Bild erhält einen
© Spiegelbild-Modus
Die rechte Bildhälfte
Hälfte.
AIC]
mosaikartigen Effekt.
[MIRROR]
i$t ein Spiegelbild der linken
NEDERLANDS
Opnemen met speciale effecten
(digitale functies)
Naast de super-beeldstabilisatorfunctie en de digitale
zoomfunctie biedt deze camerarecorder u 11
verschillende digitale effecten waarmee u gemakkelijk
uw opnamen op creatieve wijze kunt verbeteren.
Digitale functies 1 [EFFECT1]
O Wipefunctie [WIPE]
Met deze functie kunt u het beeid van de laatste
opgenomen scène geieidelijk vervangen door het
beeid van de nieuwe scène, net alsof u een gordijn
ervoor trekt. Voor vordere informatie (f 78).
@ Mengfunctie [MIX]
Met deze functie kunt u het beeid van de laatste
opgenomen scène geieidelijk uitfaden, terwijl het
bewegende beeid van de nieuwe scène geieidelijk
wordt ingefaded. Voor vordere informatie (-♦ 80).
© Strobefunctie [STROBE]
Met deze functie kunt u beeiden met een
stroboscoopeffect opnemen.
© Onderbelichting-compensatiefunctie [GAIN UP]
Met deze functie kunt u de helderheid van het beeid
elektronisch verbogen.
In deze functie moet u het beeid handmatig
scherpstellen.
© Nasleepeffect [TRACER]
Met deze functie kunt u beeiden met een
nasleepeffect opnemen.
© Mozaiekfunctie [MOSAIC]
Met deze functie kunt u het beeid mozai'ekachtig
maken.
© Spiegelfunctie [MIRROR]
Met deze functie kunt u de linker helft van het beeid
spiegelen op de rechter helft.
72