Panasonic NVDS11EG - Handbuch (Seite 90)

DEUTSCH NEDERLANDS
Manuelles Einstellen der
Verschlußzeit
Zum Erzielen spezieller kreativer Effekte, oder auch für
spezielle Beleuchfungssituationen oder Motive mit viel
schneller Bewegung, können Sie die Verschlußzeit
manuell regeln. ,
1
2
Den Modus-WahlschaUer auf [MNL] stellen.
Die Anzeige [MNL] erscheint.
Den Regler [PUSH] drücken.
Die Verschlußzeit-Anzeige erscheint. Durch
wiederholtes Drücken des Reglers [PUSH] können
Sie zwischen der Verschlußzeit-Anzeige und der
Blendenanzeige (-> 92) umschalten.
Den Regler [PUSH] drehen, um die
Verschlußzeit zu regeln.
Einstellbereich für die Verschlußzeit
1/50-1/4000 s
Die normale Verschlußzeit ist 1/50 s.
Je näher bei [1/4000] die gewählte Einstellung ist, desto
kürzer wird die Verschlußzeit.
•Bei Motiven unter greller Beleuchtung oder mit viel
Lichtreflexion können im Wiedergabebild vertikale
Leuchtfahnen auftreten.
• Bei der normalen Wiedergabe sind die
Szenenübergänge u. U. nicht glatt und sauber,
•Das Aufnehmen unter Leuchtstofflampen,
Quecksilberdampflampen und Natriumlampen ist zu
vermeiden, denn dabei sind die Farben und die
Helligkeit des Wiedergabebildes u. U. nicht stabil.
• Beim Einsatz des Aufhellungs-Modus (-» 72) oder
irgendeines Belichtungsautomatik-Programmes
(-» 68) kann die Verschiußzeit nicht manuell eingestellt
werden. Falls die Verschlußzeit bereits manuell
eingestellt war, wird diese Einstellung aufgehoben.
• Die Verschlußzeit sollte den Aufnahmebedingungen
entsprechend eingestellt werden.
Zurückschalten auf die normale Verschlußzeit
Den Modus-Wahlschalter auf [AUTO] stellen.
90
Handmatig instellen van de
sluitersnelheid
(handmatige sluitersnelheidsinstelling)
Met deze functie kunt u spéciale, creatieve effecten
bereiken, of snelle actiescènes en scènes onder
spéciale belichtingsomstandigheden probleemloos
opnemen.
1
Zet de functiekeuzeschakelaar in de stand
[MNL].
De [MNL] indicatie wordt afgebeeld.
2
Druk de [PUSH] keuzeschijf in.
De sluitersnelheidsindicatie wordt afgebeeld.
U kunt omschakelen tussen de
sluitersnelheidsindicatie en de diafragma-
instellingsindicatie (F-getal) (-^ 92) door bi]
herhaling de [PUSH] keuzeschijf in te drukken.
3
Draai de [PUSH] keuzeschijf om de
sluitersnelheid in te stellen.
Bereik van de sluitersnelheid
1/50-1/4000 seconde
De standaard sluitersnelheid is 1/50 seconde.
Hoe dichter de instelling bij [1/4000] seconde komt, hoe
hoger de sluitersnelheid wordt.
• Het weergavebeeld van onderwerpen die door feile
bronnen worden belicht of met veel lichtweerkaatsing,
kunnen verticale lichtstrepen bevatten.
•Tijdens normale weergave is het mogelijk dat de
scèneovergangen niet soepel zijn.
•Voorkom opnemen onder fluorescerende lampen,
kwikdamplampen of natriumlampen, aangezien deze
fluctuaties in de kleuren en de helderheid van het
weergavebeeld kunnen veroorzaken,
•Wanneer u de onderbelichting-compensatiefunctie
(-» 72) of een van de automatische belichtingsfuncties
(-♦ 68) gebruikt, is het niet mogelijk de sluitersnelheid
in te stellen. Als de sluitersnelheid handmatig werd
ingesteld, zai deze instelling worden geannuleerd.
•Stel de sluitersnelheid in al naar gelang de
opnamesituatie.
Terugkeren naar de automatische
sluitersnelheidsinstelling
Zet de functiekeuzeschakelaar in de stand [AUTO],