Deutsch, Opnemen met minimaal bewegen van het beeid, Auf nehmen mit minimiertem verwackeln – Panasonic NVDS11EG Benutzerhandbuch
Seite 42
Achtung! Der Text in diesem Dokument wurde automatisch erkannt. Um das ursprüngliche Dokument anzeigen, können Sie den "ursprünglichen Modus" verwenden können.

2, 3,4
1 . C A M E R A S E T U P
2 igfciiiMMa j
3 .
D I S P L A Y S E T U P
4 .
O T H E R F U N C T I O N S
■ nrni—
raaaHaji
off
►
z
o
o
m
Z O O M
W I P E
M I X
S T R O B E
G A 3 N U P
T R A C E R
M O S A I C
M I R R O R
E F F E C T Z ^ O F F
D. Z O O M ^ 4 O X
R E T U R N ► ----------
DEUTSCH
NEDERLANDS
Auf nehmen mit minimiertem
Verwackeln
(Super-BildstatHlisator)
ln Aufnahmesituationen, wo Kamerawackeln oft auftritt,
beispielsweise bei Tele-Aufnahmen oder beim
Aufnehmen im Gehen, können Sie mit dieser Funktion
das Bild stabilisieren.
• Bei extrem starkem Kamerawackeih läßt sich das Bild
u. U. nicht stabilisieren.
1
Die Taste [MENU] drücken.
Das Hauptmenü [CAMERA FUNCTIONS]
erscheint.
2
Den Regler [PUSH] drehen, um [DIGITAL
EFFECT] zu wählen, und dann den Regler
[PUSH] drücken.
Das Untermenü [DIGITAL EFFECT] erscheint.
Den Regler [PUSH] drehen, um [EFFECT1]
zu wählen.
3
4
5
Den Regler [PUSH] drücken,, um [ @ &
ZOOM] oder [ ¡iS ] zu wählen.
Die Taste [MENU] drücken, um das Menü
auszublenden.
Die Anzeige [¡H;]
O
erscheint.
• An einem dunklen Ort funktioniert die Super-
Bildstabilisator-Funktion u. U. nicht. In diesem Fall
blinkt die Anzeige [i®].
• Unter Leuchtstofflampen-Beleuchtung schwankt die
Bildhelligkeit u. U., und die Farben sind möglicherweise
unnatürlich.
• Das Wiedergabebild kann u. U, durch Nachziehen
gestört werden.
• Beim Einsatz eines Stativs empfiehlt es sich, die
Super-Bildstabilisator-Funktion auszuschalten.
Ausschalten der Super-Bildstabilisator-
Funktion
[EFFECT1] im Untermenü [DIGITAL EFFECT] aut
[OFF] einstellen.
Opnemen met minimaal bewegen
van het beeid
(superbeeldstabilisatorfunctie)
Met deze functie kunt u het beeid stabiliseren in
situaties waarin het waarschijnlijk is dat de
Camerarecorder tijdens het opnemen wordt bewogen,
bijv. wanneer u hebt ingezoomd op een ver verwijderd
onderwerp of wanneer u loopt tijdens het opnemen.
•Wanneer de Camerarecorder hevig wordt bewogen,
kan het onmogelijk zijn het beeid te stabiliseren.
1
Druk op de [MENU] toets.
Het [CAMERA FUNCTIONS] hoofdmenu wordt
afgebeeld.
2
Draai de [PUSH] keuzeschijf om [DIGITAL
EFFECT] te kiezen en druk vervolgens de
[PUSH] keuzeschijf in.
Het [DIGITAL EFFECT] submenu wordt afgebeeld.
Draai de [PUSH] keuzeschijf om [EFFECT1]
te kiezen.
3
4
5
Druk de [PUSH] keuzeschijf in om [j
ZOOM] of [ X ] in te stellen.
&
Druk op de [MENU] toets om het menu te
verlaten.
De [ X] indicatie 0 wordt afgebeeld.
• Het is mogelijk dat de superbeeldstabilisatorfunctie niet
werkt op een siecht verlichte plaats. In dit geval zai de
[ X] indicatie knipperen.
• Het
i S
mogelijk dat onder verlichting van tl-buizen de
helderheid van het beeid varieert en de kleuren
onnatuurlijk zijn.
• Nabeeldvervorming kan optreden.
•Wanneer u een statief gebruikt, bevelen wij aan dat u
de superbeeldstabilisatorfunctie uitschakeld.
Annuleren van de superbeeldstabilisatorfunctie
Stel het item [EFFECT1] op het [DIGITAL EFFECT]
subm.enu in op [OFF].
42